Zorgeloze toekomst voor Spaanse politici

Gegarandeerd pensioen, stijging van toelage´s en vrij van werkplicht. Als het aan de Spaanse politici zelf ligt, gaan ze een zorgeloze toekomst tegemoet. De drastische bezuinigingsmaatregelen die de Spaanse overheid, onder leiding van president Zapatero, op dit moment verplicht aan alle Spanjaarden, heeft immers geen betrekking op hen zelf.

Geen enkele grote economische maatregel, zoals de sterk bekritiseerde ´reforma laboral´, de voorgenomen bezuinigingen en het bevriezen van de pensioenen heeft betrekking op politici in Spanje. Terwijl Spaanse werknemers ontslag en een boete riskeren tussen de 200 en 400 euro bij afwezigheid op het werk, hoeven Spaanse politici nergens voor te vrezen. Niet alleen gaat de boete aan hen voorbij, ook kunnen politici niet zomaar ontslagen worden.

Het tekort aan publieke middelen bedraagt in 2010 nog zo´n 11%. In 2012 dient dit te worden teruggedrongen naar 3%. Om dit voor elkaar te krijgen, worden de Spaanse pensioenen bevroren en investeringen in publieke werkzaamheden gekort. Ook worden publieke toelage´s en kosten voor publieke middelen sterk beperkt.

Zo zal het zo´n 35 jaar duren voordat een Spanjaard recht heeft op een volledig pensioen. Ook wordt het pensioen alleen uitbetaald, als de Spanjaard de laatste 15 jaar (van zijn werkende leven) achtereenvolgens heeft gewerkt en van een gemiddeld tot hoog salaris genoot. Dit terwijl politici na 11 jaar al over een volledig pensioen zullen beschikken. Zoals is vastgesteld in het pensioenreglement van parlementariërs in 2006. Hiervoor hoeven ze slechts de laatste 7 jaar van hun werkende leven achtereenvolgens te hebben gewerkt. Daarnaast mogen hun pensioenen met andere publieke salarissen worden gecombineerd.

Alhoewel het basisinkomen van Spaanse politici afgelopen jaar met 10%-15% daalde, staat dit totaal niet in verhouding met het verlies van koopkracht en inkomenszekerheid van Spaanse werknemers. 20% van de beroepsbevolking is werkloos. Spaanse ambtenaren zijn met 5% gekort in hun loon. En zelfs met een topsalaris komen ze niet in de buurt van de extreem hoge dubbele salarissen van Spaanse politici.

Terwijl de politici maandelijks meerdere salarissen in de wacht slepen, waarbij een inkomen van ruim 10.000 euro per maand beslist geen uitzondering is, hebben steeds meer Spanjaarden moeite hun maandelijkse kosten te betalen. Met het beperkte salaris van om en nabij de 1.000 euro dienen velen niet alleen een gezin te onderhouden maar ook de kop te bieden aan de stijging in levensonderhoud, zoals huur, water, gas en licht. Vele Spanjaarden maken zich, sinds de economische recessie, zorgen het einde van de maand te kunnen halen.

In een democratie is alle autoriteit gebaseerd op instemming van de bevolking, gebaseerd op een gelijkheidsideaal. Volgens artikel één van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens is iedereen vrij en gelijk in rechten en plichten. Dat zou betekenen dat niemand méér recht heeft dan een ander om bepaalde wetten vast te stellen of beslissingen te nemen.

Spanje is een democratisch land. Toch doet deze scheiding tussen arm en rijk mij eerder denken aan een ontwikkelingsland, waar enkele rijken het voor het zeggen hebben, een middenklasse ontbreekt en de werknemers en werklozen kansloos toekijken. De socialistische Zapatero heeft in ieder geval hart voor zijn medewerkers binnen de overheid. Had hij dat ook maar voor de rest van de Spanjaarden!

Lees ook:Spanjaarden uiten kritiek op politici tijdens Driekoningen
Lees ook:Spaanse jongeren zijn het zat en gaan de straat op
Lees ook:Pensioen Spaanse bejaarden stijgt 1% in 2011
Lees ook:Koninklijke salarissen bevroren
Lees ook:Lekker veel vrije dagen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *

Naam

Website

Het kan vijf minuten duren voordat nieuwe reacties zichtbaar zijn.